Het waterbeheer in Nederland is de laatste jaren volop in beweging. Naast traditionele formeel verplichte planfiguren (Nota Waterhuishouding, provinciale waterhuishoudingsplannen, waterbeheersplannen) verschenen er ook nieuwe instrumenten en kaders op het toneel. Deze noviteiten houden waterbeherend Nederland al enige tijd intensief bezig, en ze krijgen in de zeer nabije toekomst steeds meer invloed in de uitvoeringspraktijk van milieueffectrapportages en strategische milieubeoordelingen (SMB’s). Van speciale relevantie zijn ‘WB21’ én de Europese Kaderrichtlijn Water. Deze KRW betreft resultaatverplichtingen voor de te realiseren waterkwaliteit en moet per 2009 uitgewerkt zijn in stroomgebiedbeheersplannen en bijbehorende maatregelenprogramma’s. Zijn plannen en projecten wel ‘KRW-proof’? Dat wordt een belangrijke kwestie.